Eigen schuld dikke bult
Deze column verscheen eerder in oktober 2010 op Nieuw W!J.
Mijn vader - moge zijn herinnering tot zegen zijn - was een intelligente en ontwikkelde man. Sterker nog: hij was professor, psychiater, schrijver en arts. Toch heeft hij zijn hele leven lang Camel-sigaretten zonder filter gerookt waardoor hij longkanker kreeg en op mijn negende kwam te overlijden. Nog altijd vraag ik mij af hoe een medisch onderlegd iemand als mijn vader zo dom kon zijn om te roken.
Mededogen gaat eigenlijk over oorzaak en gevolg. Wanneer er een tragisch gevolg voortkomt uit een onrechtvaardige oorzaak, dan komt mededogen vanzelf. Tsunami’s, aardbevingen, overstromingen, Sri Lanka, Pakistan, Haïti... allemaal zaken die in verzekeringstaal Acts of God worden genoemd.
Niemand kan er wat aan doen en mededogen tonen is eigenlijk een gemakkelijk succesje. Moeilijker is het om rachmones (hebreeuws voor mededogen) te hebben als het erop lijkt dat mensen zichzelf iets aandoen. De aidspatiënt die onveilig heeft gevreeën, de crimineel achter de tralies en de roker die longkanker heeft gekregen. God verhoede dit alles. "Eigen schuld, dikke bult" ligt dan in onze mond bestorven. In deze tijden van economische schaarste en een genadeloos bezuinigingsbeleid is het verleidelijk om hier consequenties aan te verbinden. Moet zorg ontzegd of in rekening gebracht worden aan mensen die door hun ongezonde levensstijl ziek worden? Moeten veroordeelde criminelen extra beperkt worden na hun vrijlating? Moet men geen geld geven aan zwervers omdat we vermoeden dat onze donatie aan drugs kan worden gespendeerd? En, op grotere schaal: moeten we geen ontwikkelingshulp aanbieden aan landen in het Zuiden wanneer we niet kunnen garanderen dat elke eurocent goed terecht komt?
Volgens de joodse wijsgeer Maimonides (twaalfde eeuw, Spanje) was het antwoord ‘nee’. In zijn bespreking van de verplichting tot liefdadigheid maakte hij duidelijk dat de hoogste vorm van liefdadigheid het anonieme en onzelfzuchtige schenken is. We mogen er geen oordeel aan bevestigen, ook al hebben we een donkerbruin vermoeden dat onze gift niet altijd constructief gebruikt gaat worden.
Natuurlijk kennen we allemaal onze verantwoordelijkheden. En wij als samenleving mogen - nee, moeten - elkaar hierop wijzen. In de joodse traditie kennen wij het begrip sjemierat hagoef, het ‘bewaren van het lichaam’. Je bent verplicht om zorgvuldig en respectvol met je eigen lichaam om te gaan. Diezelfde verantwoordelijkheid roept ons op om eerlijke en betrokken burgers te zijn.
Maar mocht men daarin falen, dan is de gepaste reactie niet om ons te laten leiden door Calvinistische veroordeling of - nog erger - door kapitalistisch utilitarisme. Kosten zijn een reëele vraag; maar het antwoord mag nooit zijn dat het rekensommetje boven menselijk welzijn wordt geplaatst. Elke arts legt de eed van Hippocrates af waarmee hij of zij plechtig beloofd om alles in staat te stellen om een mensenleven te redden. Waarom zouden wij als samenleving denken dat wij niet verplicht zijn tot het zelfde?
Ja, dit is de moeilijkste soort compassie, dat erken ik. En dat is dan jammer voor de zuurpruimen en zeurpieten onder ons want het is tevens de belangrijkste vorm. Bot gezegd kan iedereen lief zijn voor ‘zielige’ mensen. De kracht van zowel het individu als de samenleving is wanneer wij mededogen kunnen tonen ook al denken we stiekem ‘Eigen schuld dikke bult’. Het boven onszelf uit kunnen stijgen maakt ons waarlijk tot mens.
Mijn vader - moge zijn herinnering tot zegen zijn - was een intelligente en ontwikkelde man. Sterker nog: hij was professor, psychiater, schrijver en arts. Toch heeft hij zijn hele leven lang Camel-sigaretten zonder filter gerookt waardoor hij longkanker kreeg en op mijn negende kwam te overlijden. Nog altijd vraag ik mij af hoe een medisch onderlegd iemand als mijn vader zo dom kon zijn om te roken.
Mededogen gaat eigenlijk over oorzaak en gevolg. Wanneer er een tragisch gevolg voortkomt uit een onrechtvaardige oorzaak, dan komt mededogen vanzelf. Tsunami’s, aardbevingen, overstromingen, Sri Lanka, Pakistan, Haïti... allemaal zaken die in verzekeringstaal Acts of God worden genoemd.
Niemand kan er wat aan doen en mededogen tonen is eigenlijk een gemakkelijk succesje. Moeilijker is het om rachmones (hebreeuws voor mededogen) te hebben als het erop lijkt dat mensen zichzelf iets aandoen. De aidspatiënt die onveilig heeft gevreeën, de crimineel achter de tralies en de roker die longkanker heeft gekregen. God verhoede dit alles. "Eigen schuld, dikke bult" ligt dan in onze mond bestorven. In deze tijden van economische schaarste en een genadeloos bezuinigingsbeleid is het verleidelijk om hier consequenties aan te verbinden. Moet zorg ontzegd of in rekening gebracht worden aan mensen die door hun ongezonde levensstijl ziek worden? Moeten veroordeelde criminelen extra beperkt worden na hun vrijlating? Moet men geen geld geven aan zwervers omdat we vermoeden dat onze donatie aan drugs kan worden gespendeerd? En, op grotere schaal: moeten we geen ontwikkelingshulp aanbieden aan landen in het Zuiden wanneer we niet kunnen garanderen dat elke eurocent goed terecht komt?
Volgens de joodse wijsgeer Maimonides (twaalfde eeuw, Spanje) was het antwoord ‘nee’. In zijn bespreking van de verplichting tot liefdadigheid maakte hij duidelijk dat de hoogste vorm van liefdadigheid het anonieme en onzelfzuchtige schenken is. We mogen er geen oordeel aan bevestigen, ook al hebben we een donkerbruin vermoeden dat onze gift niet altijd constructief gebruikt gaat worden.
Natuurlijk kennen we allemaal onze verantwoordelijkheden. En wij als samenleving mogen - nee, moeten - elkaar hierop wijzen. In de joodse traditie kennen wij het begrip sjemierat hagoef, het ‘bewaren van het lichaam’. Je bent verplicht om zorgvuldig en respectvol met je eigen lichaam om te gaan. Diezelfde verantwoordelijkheid roept ons op om eerlijke en betrokken burgers te zijn.
Maar mocht men daarin falen, dan is de gepaste reactie niet om ons te laten leiden door Calvinistische veroordeling of - nog erger - door kapitalistisch utilitarisme. Kosten zijn een reëele vraag; maar het antwoord mag nooit zijn dat het rekensommetje boven menselijk welzijn wordt geplaatst. Elke arts legt de eed van Hippocrates af waarmee hij of zij plechtig beloofd om alles in staat te stellen om een mensenleven te redden. Waarom zouden wij als samenleving denken dat wij niet verplicht zijn tot het zelfde?
Ja, dit is de moeilijkste soort compassie, dat erken ik. En dat is dan jammer voor de zuurpruimen en zeurpieten onder ons want het is tevens de belangrijkste vorm. Bot gezegd kan iedereen lief zijn voor ‘zielige’ mensen. De kracht van zowel het individu als de samenleving is wanneer wij mededogen kunnen tonen ook al denken we stiekem ‘Eigen schuld dikke bult’. Het boven onszelf uit kunnen stijgen maakt ons waarlijk tot mens.
Comments
Post a Comment